donderdag 7 mei 2009

CAREER SATISFACTION gedefinieerd

Naast betrokkenheid, wordt werktevredenheid als één van de belangrijkste voorspellers gezien van het verloop binnen organisaties (Currivan, 1999 p.495). Werktevredenheid wordt tevens in verband gebracht met productiviteit, het functioneren van de organisatie en de manier waarop medewerkers hun werk ervaren. Ook de kwaliteit van het leven buiten het werk om, zoals de mentale gesteldheid zouden positief door werktevredenheid worden beïnvloed (Kalleberg, 1977 p.124). Het is voor organisaties dan ook van belang om aandacht te besteden aan de werktevredenheid van medewerkers.

Werktevredenheid wordt gezien als een onderdeel van carrièresucces. Dit succes kan worden gedefinieerd als “the real or perceived achievements individuals have accumulated as a result of their work experiences” en opgedeeld in extrinsieke en intrinsieke componenten (Judge et al., 1995). Extrinsieke componenten zijn objectief en zichtbaar en uiten zich bijvoorbeeld in salaris en macht. Intrinsieke componenten zijn echter subjectief en worden over het algemeen geconceptualiseerd als career en job satisfaction (Gattiker & Larwood, 1988 p.573). Een veel gebruikte definitie van werkgerelateerde tevredenheid is afkomstig uit het werk van Locke (1969). Locke (1969 p.316) beschrijft werktevredenheid als “the pleasurable emotional state resulting from the appraisal of one’s job as achieving or facilitating one’s job values”. Ontevredenheid over het werk beschrijft Locke (1969 p.316) als “the unpleasurable emotional state resulting from the appraisal of one’s job as frustrating or blocking the attainment of one’s values”. De persoonlijke waarden van medewerkers en de wijze waarop deze tot uiting komen in het werk, zijn binnen deze definitie de belangrijkste pijlers. Later beschrijft Locke (1976 p.1300) werktevredenheid als “pleasurable or positive emotional state resulting from an appraisal of one’s job or job experiences”. De persoonlijke waarden hebben hierin plaatsgemaakt voor een algemene plezierige waardering van het werk zelf.

Gattiker & Larwood (1988 p.573) beschrijven werktevredenheid als “the overall affective orientation of the individual toward his or her career or job role”. Waar Locke (1969; 1976) zich uitsluitend richt op de tevredenheid over een baan, gaan Gattiker & Larwood (1988) ook uit van de carrière en het werk in het algemeen. Kalleberg (1977 p.126) beschouwt werktevredenheid als een eenheid: een algehele attitude ten opzichte van het werk. Dat wil echter niet zeggen dat er binnen werktevredenheid geen dimensies te onderscheiden zijn. Medewerkers kunnen een positieve attitude ervaren ten opzichte van een onderdeel van het werk en een negatieve attitude ten opzichte van een ander onderdeel. De verschillende onderdelen middelen elkaar uit en leveren een algehele werktevredenheid of -ontevredenheid op (Kalleberg, 1977 p.126).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten